Naar hoofdinhoud Naar footer

Belichten

Laatst bijgewerkt op: 13-10-2025

Data-ondersteund werken is geen doel op zich. Het is een middel om doelen te bereiken. Bijvoorbeeld betere besluitvorming, hogere kwaliteit van zorg of efficiënter werken. Bij de stap ‘belichten’ uit de Wegwijzer Datagedreven werken sta je op verschillende manieren bewust stil bij wat datagedreven werken heeft opgeleverd. Zijn de doelen bereikt? Wat werkte goed, wat niet, en waarom?

Leren kun je op drie manieren doen. Bij elke manier is het belangrijk om de geleerde lessen vast te leggen en te delen met de rest van de organisatie. Je kunt zowel op strategisch, tactisch als operationeel niveau de manieren toepassen. 

Belichten: leren en veranderen

  • Geleerde lessen toepassen (ook in de toekomst)
  • Successen vieren en delen
  • Stoppen met zaken die niet werken
  • Inbedden in werkprocessen

Manier 1. Probleemgericht handelen 

Bij deze manier van leren staan twee vragen centraal:

  1. Wat is het probleem?
  2. Wat doen we om het op te lossen? 

Een voorbeeld: uit de data blijkt dat meneer Jansen ’s ochtends vroeg onrustig is. Het team gaat met hem in gesprek en spreekt af hem eerder uit bed te helpen. Data worden hier gebruikt om probleemgericht te handelen.

Het is waardevol om dit soort successen (maar ook mislukkingen) te delen met andere teams en collega’s. Zo verspreid je de lessen die je hebt geleerd binnen jouw zorgorganisatie. Andere teams kunnen profiteren van jouw praktische oplossingen. Daardoor wordt leren onderdeel van de dagelijkse gang van zaken. 

Manier 2. Leren voor vergelijkbare situaties 

Bij de tweede manier van leren ligt de focus op de vraag: hoe hebben we het probleem opgelost en wat leren we hiervan?

Voorbeeld: je hebt geleerd dat data uit zorgalarmeringssystemen waardevol zijn om patronen en opvallende meldingen te signaleren. Bovendien kun je op basis hiervan gerichte verbeteracties uitvoeren. Jouw organisatie heeft dus nieuwe kennis verkregen over hoe je data kunt gebruiken om de kwaliteit van zorg te verbeteren en efficiënter te werken.

Je wilt deze opgedane kennis liefst de volgende keer weer gebruiken. Daarom is het belangrijk om succesvolle manieren van werken te borgen. Dit doe je door: 

  • de werkwijzen op te nemen in processen, protocollen en werkafspraken;
  • de werkwijzen te delen via interne communicatie, leerbijeenkomsten of platforms. 

Wanneer je de geleerde lessen structureel vastlegt en toepast, spreken we van organisatieleren. Door succesvolle werkwijzen te borgen, wordt jouw organisatie meer datavolwassen. Datavolwassenheid is het vermogen van een organisatie om data op een verantwoorde, efficiënte en effectieve wijze te verzamelen, beheren en gebruiken om ermee te leren, verbeteren, verantwoorden en beslissen. 

Organisatieleren

Organisatieleren is het proces waarbij een organisatie als geheel kennis verwerft, deelt en toepast. Het doel is om aan te passen aan veranderende omstandigheden en om haar prestaties continu te verbeteren. 

Organisatieleren gaat verder dan individueel leren. Het draait om het collectief ontwikkelen van nieuwe inzichten, het doorbreken van oude patronen en het structureel verbeteren van processen, producten of diensten. 

Manier 3. Kritisch reflecteren op uitgangspunten

Bij de derde manier van leren stel je fundamentele vragen over de aanpak. Waarom doen we het eigenlijk zo? En doen we eigenlijk wel de goede dingen? Je kunt je op operationeel niveau bijvoorbeeld afvragen: waarom zetten we bij alle bewoners alle zorgalarmeringsystemen in die we hebben? Is dat wenselijk en nodig? Hoe vinden we de juiste balans tussen vrijheid en veiligheid?

Op strategisch niveau kun je reflecteren op de visie en strategie. In de visie heb je vastgelegd waarom datagedreven werken belangrijk is en wat je ermee wilt bereiken. Door te evalueren kun je vaststellen of de strategische doelen zijn gerealiseerd. Was het inderdaad goed om je als organisatie te richten op het gebruik van data? Waarom willen we leren en verbeteren op basis van data? Welke aannames doen we daarbij en kloppen die ook?

Leren vraagt om reflectie en structuur

Leren gebeurt niet vanzelf. Er moet tijd en ruimte zijn om te kunnen reflecteren. Je hebt iemand nodig die het leerproces stimuleert en begeleidt. Dit kan een teamleider, beleidsadviseur of lid van het managementteam zijn. Je moet verkregen inzichten bespreken, duiden en vastleggen. Dat kan via evaluaties, leerbijeenkomsten of dashboards.