Naar hoofdinhoud Naar footer

Samenwerken met informele zorg: wat mag wel, wat niet?

Gepubliceerd op: 29-04-2024

Laatst bijgewerkt op: 09-07-2024

Wat zijn de grenzen voor de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers? Dat kwam aan bod tijdens het Waardigheid en trots-congres op 1 juli 2024. Yvonne de Jong, expert informele zorg bij Vilans sprak er over 'Wat mogen mantelzorgers wel of niet doen’: over de wettelijke kaders en juridische aspecten van samenwerken met informele zorg. ‘In samenspraak kan er meer dan je denkt.’

Waarom het onderwerp grenzen verkennen?

‘Er komen zoveel vragen over binnen! Naarmate we de zorg meer gaan delen met naasten en vrijwilligers, hebben meer mensen vragen. Het hele werkveld is ermee bezig, ook bijvoorbeeld cliëntenraden willen meer weten.’

Voor wie is deze kennis belangrijk?

‘We hebben allemaal iets te doen op “samenwerken met de informele zorg”, in alle lagen van de organisatie. Op strategisch niveau is het nodig een visie op informele zorg te ontwikkelen. Op organisatorisch niveau borgt het management de competenties en afspraken in de werkprocessen. Op de werkvloer voeren zorgprofessionals het beleid uit. Zij moeten weten waar ze met vragen terecht kunnen. Kennis van wettelijke en juridische randvoorwaarden is voor iedereen van belang.’

Mag een naaste die thuis verpleegkundige handelingen deed daarmee doorgaan in een instelling?

‘Ja. Het is een mythe dat dit na de verhuizing moet veranderen. Medewerkers en familie spreken het goed met elkaar door en cliënt en naaste geven hun instemming. De afspraken worden vervolgens opgenomen in het zorgplan. Cliënten en professionals evalueren regelmatig hoe het gaat. Als beroepskrachten signaleren dat het niet goed gaat, gaan zij het gesprek aan met bewoner en mantelzorger. Dat is hun verantwoordelijkheid vanuit hun zorgplicht. Beroepskrachten geven tips voor verbetering en leggen afspraken hierover vast in het zorgdossier.’

Hebben naasten en vrijwilligers dezelfde aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid?

‘Nee. Naasten zijn zelf verantwoordelijk en aansprakelijk voor hun handelen. Vrijwilligers handelen op verzoek van de organisatie, zij hebben daarmee een overeenkomst. Daarom is in hun geval de organisatie verantwoordelijk en aansprakelijk.’

‘Mantelzorgers die structureel en op verzoek van de zorgorganisatie bijspringen bij andere cliënten zijn in die situatie geen mantelzorgers, maar vrijwilligers. In dat geval is de zorgorganisatie aansprakelijk voor hun handelen.’

Welke wet vind jij het belangrijkst in de samenwerking?

‘De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG). Naasten vallen niet onder de BIG en vrijwilligers evenmin. Echter, in geval van vrijwilligers is de organisatie verantwoordelijk en aansprakelijk: organisaties vallen wél onder de BIG. Zorgprofessionals bewaken vanuit goed hulpverlenerschap de kwaliteit van zorg die naasten en vrijwilligers verlenen.’

Mag een vrijwilliger meelezen in het zorgdossier?

‘Dat hangt ervan af of de cliënt, zijn wettelijk vertegenwoordiger of mantelzorger daarmee hebben ingestemd. Zo ja, dan mag het.’

Zijn er grenzen aan wat naasten kunnen doen?

‘In samenspraak met naasten wordt bepaald wat zij kunnen en willen doen. Zorgen ligt de een meer dan de ander, ook belastbaarheid en persoonlijke wensen spelen een rol. Zo leerde een meneer bij de Academie Patiënt en Mantelzorg intramusculaire injecties geven bij zijn vrouw: zij wilden graag samen op vakantie. Iemand anders laat het verwisselen van stomazakjes bewust over aan de thuiszorg.’

Wat is je belangrijkste boodschap?

‘In samenspraak is er veel meer mogelijk dan je denkt. Denk niet in risico’s, denk niet: “wat als het fout gaat?” Durf los te laten, als professional. We gaan richting samen zorgen, eerst en vooral om de kwaliteit van leven te verhogen. De urgentie door werkdruk is er later bij gekomen.’

Heb je een tip?

‘Leg heldere kaders vast in een visie en neem de tijd voor de bewustwording van medewerkers.’

Deel deze pagina via: