Naar hoofdinhoud Naar footer

Mantelzorgers en naasten betrekken bij verpleegzorg? Gebruik de COUP-methode voor het startgesprek

Gepubliceerd op: 05-09-2023

Laatst bijgewerkt op: 13-10-2025

Bij WZU Veluwe wilden ze meer en beter samenwerken met naasten en mantelzorgers. Veel medewerkers vonden het alleen lastig om hen op de afdeling te betrekken. Hebben mantelzorgers het al niet druk genoeg? Ook mantelzorgers ervoeren drempels. Wat mag ik nu wel of niet doen wat ik wel al in de thuissituatie deed?

In het kort

Type tool

Methode

Voor wie

Beleidsmedewerkers, Leidinggevenden, Zorgmanagers

Cliëntgroep

Ouderen

Soort kennis

Praktijk

Ontwikkelaar

Reacties van congresdeelnemers

Door deze handleiding word ik me bewust dat ik soms stappen oversla. Ik merk dat ik heel snel verder ga na: hoe gaat het met u? Nu heb ik vragen gesteld als: hoe ervaart u het? Wat maakt het zwaar? Dat helpt om meer de diepte in te gaan tijdens het gesprek.
Superfijn dat jullie dit zo ontwikkeld hebben. Alles op een rijtje en toch ruimte om daar eigen invulling aan te geven. Dan hoeven we dat niet zelf uit te vinden.
Fijn dat ik geholpen word in hoe dit aan te pakken. Soms wil je namelijk iets vragen, maar weet je niet hoe. Zo’n handreiking maakt dat je dat niet zelf hoeft uit te vinden.

‘Familieparticipatie wordt makkelijker om te bespreken als je stilstaat bij: “Wie ben ik en wie bent u?”’, vertelt mantelzorgadviseur Shweta Bos. ‘We merkten namelijk dat medewerkers het lastig vonden om mantelzorgers te vragen om samen met hun naasten activiteiten te blijven ondernemen. Vaak uit angst dat mantelzorgers al overbelast zijn. Maar dan ontneem je mensen ook de mogelijkheid om te kiezen. Het is namelijk goed voor je relatie met je naaste als je leuke dingen met elkaar blijft doen, ook al woont iemand in het verpleeghuis.’

Motivatie van mantelzorgers

Deelnemers oefenden met het startgesprek tijdens een sessie op het congres van Waardigheid en trots voor de toekomst 2023. De deelnemer die medewerker speelde maakte gebruik van de puzzelstukjes met vragen erop. Na wat contactvragen vroeg ze: ‘Wat is waardevol voor u?’ En: ‘ Wat zou u graag met uw moeder willen doen?’ De deelnemer die dochter speelde, antwoordde dat ze graag met haar moeder zou willen eten. Vervolgens kreeg ze de mogelijkheden te horen. Wat opviel is dat er zo werd aangesloten op de motivatie en wensen van de naaste.

Over de COUP-methode

  1. Contact leggen. Mogelijke vragen: wie bent u? Hoe is uw relatie met uw naaste?
  2. Ondersteunen. Mogelijke vraag: heeft u behoefte aan steun, hulp of extra informatie?
  3. Uitnodigen. Mogelijke vragen: wat is voor u waardevol en wilt u voor of met uw naaste blijven doen? Heeft u hobby’s of kwaliteiten die u kunt en wilt inzetten?
  4. Participeren (deelnemen). Mogelijke vragen: zie de placemat met activiteiten die mogen en kunnen. Wat is er hiervan mogelijk voor u? Welke afspraken kunnen we maken in het Zorgleefplan?

Startgesprek gebruiken

Op het congres reageerde een deelnemer: ‘Dit is een fantastisch hulpmiddel. Maar hoe neem je mensen hierin mee zodat het ook wordt gebruikt? Regieverpleegkundige Heleen Vos: ‘Deze handreiking is onderdeel van een groter proces. Zo hebben we alle stappen doorgenomen waar een cliënt mee te maken krijgt, wanneer diegene bij ons in zorg komt. In alles wordt aandacht voor welzijn meegenomen. Dat begint al met het huisbezoek en het maken van een ecogram. Zo krijg je zicht op de persoon en diens netwerk.’

Gesprek met bewoner, medewerker en eerste contactpersoon

Na ongeveer 6 weken heeft de Eerst Verantwoordelijke Verzorgende of de contactverzorgende samen met een welzijnsmedewerker of de pastoraal werker een gesprek met de cliënt en eventueel de eerste contactpersoon. Dat gaat vooral over: waar wordt iemand blij van? Wat zijn mogelijke behoeftes? Wat is belangrijk in het leven van deze cliënt?

Aansluiten op eerder verzamelde informatie

Regieverpleegkundige Hilda den Hartog: ‘Deze stappen vinden allemaal voor het startgesprek plaats. Het voordeel is dat je dan kunt aansluiten op informatie die al beschikbaar is. Bijvoorbeeld omdat je weet dat de cliënt ervan houdt om een traditioneel gerecht te koken. Dan kan je aan de naaste voorstellen: “Hoe zou u het vinden als wij dit organiseren in de huiskamer en u daarbij zou kunnen helpen?”’

Meer weten?