Omgaan met somberheid en verdriet bij verpleeghuisbewoners

Hoe ga je om met bewoners die zo somber en verdrietig zijn dat je er zelf naar van wordt? Hoe voorkom je dat je zelf wordt meegesleept door het verdriet van je cliënt? Is het eigenlijk nodig en verstandig om iemand die verdriet heeft altijd te willen opvrolijken? Prangende vragen die aan de orde komen tijdens een workshop Somberheid en Verdriet, gegeven door Martine Heida, GZ-psycholoog bij ICARE en Marcelle Mulder, adviseur geestelijke zorg van Patyna.

Vlak vóór de coronacrisis vond het symposium ‘Gluren bij de buren’ plaats van het universitair netwerk ouderenzorg in Groningen (UNO-UMCG). De Workshop ‘Omgaan met somberheid en verdriet’ was één van de workshops op dit symposium.

Een zaal gevuld met zorgmedewerkers krijgt de opdracht om een plaatje uit te kiezen dat hen het meest aanspreekt in relatie tot het thema. Eén voor één vertellen ze vervolgens wat hun associatie bij de foto is; het overlijden van een ouder, een bewoner die elke dag wanhopig op zoek is naar zijn fiets, een patiënte die is overleden voordat de magnolia in haar tuin bloeide, een eenzame cliënte die de hele dag uitkijkt naar het moment dat een zorgmedewerkster een kopje koffie met haar komt drinken. En er is een verzorgende die vertelt over een patiënte die groot verdriet heeft vanwege haar beginnende dementie, maar niet wil praten over wat dat met haar doet.

Manieren om bewoners te steunen

Uit de persoonlijke verhalen blijkt dat alle zorgmedewerkers regelmatig te maken hebben met ouderen die verdriet hebben. Allemaal zoeken ze manieren om patiënten en bewoners te steunen of troosten. De een neemt ouderen graag mee naar buiten. De ander luistert vooral naar wat iemand wil vertellen. Soms is het al genoeg om iemands hand even vast te houden. Een fysiotherapeute geeft aan dat het soms ook goed is om even stil te staan bij het feit dat iemand iets niet meer kan. Altijd maar roepen dat iemand moet doorzetten en positief moet blijven werkt soms contraproductief.

Onderzoek: vragen en behoeften van verzorgenden

De themagroep Zorgethiek van het universitair netwerk ouderenzorg Groningen is begonnen met een dialoog en onderzoek met zorgverleners over waar zij behoefte aan hebben. Welke vragen hebben zij en wat hebben ze nodig om goed om te gaan met ouderen die verdriet hebben? Eén van de vragen waar veel verzorgenden mee zitten is of je je eigen gevoel mag laten zien. Is het professioneel als je merkt dat het verdriet van een bewoner jou raakt? In hoeverre kun je bij anderen terecht als je al van alles hebt geprobeerd om een patiënt te helpen en het lukt niet? Het kan ook gebeuren dat je zo geraakt wordt door het verdriet van een patiënt, dat je er zelf van streek van raakt.

Discussiepunt: hart luchten of niet?

Het antwoord van Heida en Mulder is dat iedereen op het gebied van het tonen van emoties andere normen en waarden heeft. De ervaring in de groep is dat door te laten zien dat je geraakt bent, je meer contact hebt met je cliënten en bewoners. Maar ook dat je soms machteloos staat, omdat je geen oplossing kunt bieden. Dan sta je met lege handen en dat is frustrerend. In een kleine woongroep blijkt soms dat het verdriet van een bewoner grote invloed heeft op de andere bewoners. Dat maakt het probleem nog groter.

Verschillende deelnemers zeggen dat het helpt om er met collega’s over te praten: even je hart luchten of je gevoel aankaarten tijdens een intervisiebijeenkomst. Wat ook kan helpen is een individueel gesprek met een leidinggevende of een vertrouwenspersoon.

De aanwezigen hebben verschillende meningen over deze kwestie. ‘Het moet niet zo zijn dat een patiënt mij moet troosten. Als dat gebeurt, ben je een grens overgegaan’, meent een van de deelnemers. Erover praten tijdens het werk valt ook niet bij iedereen even goed. ‘Als je bezig bent, kun je zo’n gesprek met een collega er niet altijd bij hebben. Dan moet je je aandacht houden bij de cliënt die je op dat moment helpt.’ Een ander oppert, dat het soms juist diepgaand contact geeft, als je cliënt ziet dat jij ook geraakt bent. ‘Jouw reactie doet wat met collega’s, patiënten of bewoners. Dat kan niet uitkomen of onrust geven, of verbinding en troost geven.’ Het blijft dus zoeken en kijken per situatie wat wel en niet kan.

Gespreksvaardigheden en balans vinden

Uit een onderzoek van Bertha Fokkens blijkt dat verzorgenden behoefte hebben om gespreksvaardigheden aan te leren die kunnen helpen in een gesprek over somberheid en verdriet met patiënten of bewoners, licht Heida toe. ‘Je leert dan hoe je een gesprek kunt voeren waarin je kan aansluiten bij de ander.’ Ze geeft aan dat veel verzorgenden de reflex hebben dat ze iemand meteen willen helpen en troosten. ‘Als dat niet lukt is dat frustrerend. Maar wees mild voor jezelf. Het is niet altijd mogelijk om die ander te helpen. Het verdriet mag er zijn, evenals jouw eigen reactie.’

Om goed te leren omgaan met het verdriet van een ander en van jezelf raden Heida en Mulder verzorgenden aan hun innerlijke ruimte te zoeken om zo balans te vinden. Dat kan op verschillende manieren: door te sporten, buiten te zijn, door humor en relativeringsvermogen. Heida: ‘Het gaat erom dat je een balans vindt en je jezelf niet verliest.’

Door: Marjan Brouwers

Meer weten

Geplaatst op: 8 juni 2020
Laatst gewijzigd op: 8 juni 2020