Hugo de Jonge: ‘Bewoners gaan merken dat ze meer liefdevolle tijd en aandacht krijgen’

Minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) presenteerde 10 april 2018 het nieuwe programma “Thuis in het verpleeghuis. Waardigheid en trots op elke locatie”. Dit nieuwe programma wijst de weg voor hoe de verpleeghuiszorg de komende jaren merkbaar en meetbaar moet worden verbeterd. De toevoeging “Waardigheid en trots op elke locatie” geeft glashelder aan dat die verbeterslag op locatieniveau zijn beslag moet krijgen.
In de afgelopen jaren is al heel veel gebeurd om de kwaliteit van de verpleeghuiszorg te verbeteren, en nu is het zaak om door te pakken, vindt De Jonge. Daarom lanceert hij nu het programma Thuis in het verpleeghuis. Waardigheid en trots op elke locatie. ‘We kwamen van ver’, zegt hij, ‘maar met het programma Waardigheid en trots en met het manifest voor de verpleeghuiszorg van Hugo Borst en Carin Gaemers is al een prachtige start gemaakt met de beweging om de kwaliteit van verpleeghuiszorg structureel te verbeteren en ouderen er een liefdevolle oude dag te bieden. Nu is het zaak om te zorgen dat het op íedere locatie van íeder verpleeghuis nog beter wordt. Zorgverlening gebeurt tussen iemand die zorg geeft en iemand die zorg ontvangt, daar krijgt het betekenis. Vandaar de nadruk nu op het locatieniveau. Met Thuis in het verpleeghuis gaan we met kracht de beweging voortzetten waarmee we al lang begonnen zijn.’
Geld voor de zorg
Thuis in het verpleeghuis is niet vrijblijvend. De basis ervoor is het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg en daarin is duidelijk vastgelegd over hoe de kwaliteit in de verpleeghuizen zich moet ontwikkelen. Het beschrijft onder andere dat iedere instelling een kwaliteitsplan schrijft, waarin de verbeteringen per locatie worden vastgelegd. Dit vormt de basis voor de inkoop door de zorgkantoren. ‘Een contractuele afspraak’, zegt De Jonge. ‘Er wordt dus op getoetst. En het is aan de zorgkantoren om erop toe te zien dat die verbeterplannen ook worden waargemaakt. Voor die kwaliteitsverbetering is veel geld beschikbaar gekomen, structureel 2,1 miljard euro tijdens deze kabinetsperiode, en dat geld moet op de juiste wijze worden besteed. We hebben dus niet voor niets afgesproken dat 85 procent van dat geld moet gaan naar de medewerkers die de zorg verlenen aan bewoners. Die medewerkers zijn immers degenen die de bewoners de tijd en aandacht moeten geven waarop zij recht hebben. Natuurlijk is er ruimte om per locatie voor een andere aanpak te kiezen. Het is geen one size fits all want iedere locatie is verschillend. Maar ik zal wel streng kijken naar wat er met dat geld gebeurt, want het is de bedoeling dat bewoners gaan merken dat ze meer liefdevolle tijd en aandacht krijgen. Dat proces is ook al gaande nu de verpleeghuizen de eerste 435 miljoen euro hebben ontvangen. Ik hoor dit tijdens de vele werkbezoeken aan verpleeghuizen die ik overal in het land afleg: een betere bezetting op de groep, meer tijd voor zinvolle dagbesteding.’
Personele bezetting op orde krijgen
Maar we zijn er nog niet, voegt De Jonge hieraan toe, want het schort aan menskracht. Een forse puzzel om op te lossen, geeft hij meteen toe, want er zijn 40.000 meer FTE nodig dan er nu zijn. ‘Maar zeker niet onmogelijk’, zegt hij. ‘We kunnen diverse routes tegelijk bewandelen. Iedereen die ooit voor de zorg is opgeleid en die later een andere weg is ingeslagen opnieuw interesseren voor de zorg. Kleine contracten opplussen. Zij-instromers aantrekken. En niet in de laatste plaats: in de loopbaanoriëntatie op de middelbare school al laten zien wat voor mooi werk er te doen is in de zorg. We zien nu al een vergrote instroom in de hbo-v en ik ben ervan overtuigd dat we dit kunnen doorvertalen naar mbo.’
Van de medewerkers die nu al in de verpleeghuizen werken, vraagt het nieuwe programma dat ze zich professioneel opstellen, stelt De Jonge. ‘Ik reken erop dat ze bereid zijn om elke dag te leren. En om af te kijken bij elkaar: wat gaat heel goed op een andere locatie en wat kun je daarvan leren. Dit laatste gaan we ook faciliteren. We gaan de Nederlandse Zorgautoriteit en Zorginstituut Nederland spiegelinformatie laten ophalen in de verpleeghuizen en laten delen. Die spiegelinformatie kunnen de verpleeghuizen gebruiken voor hun verbeterplannen, de zorgkantoren kunnen ze benutten in hun zorginkoop, en voor de mensen die verpleeghuiszorg nodig hebben is het een basis om te komen tot de keuze van een locatie die het beste bij hen past.’
Werkbezoek
De Jonge lanceerde zijn nieuwe programma tijdens een werkbezoek aan locatie De Kreek van verpleeghuis Pieter van Foreest in ’s-Gravenzande. De Jonge bewoog zich soepel tussen de tientallen bewoners die lunchten en deelnamen aan dagactiviteiten. Hij maakte praatjes, liet zich met bewoners fotograferen en beantwoordde – hoe kan het anders – de vraag waar hij toch die opvallende schoenen koopt. ‘Vet cool hoor’, zei een bewoonster over zijn schoenkeuze voor deze dag.
Bestuurder Diny de Bresser van Pieter van Foreest toonde zich enthousiast over het korte interview dat ze aan het einde van De Jonge’s werkbezoek ten overstaan van de aanwezigen met hem had. De Jonge zei hierin afsluitend: ‘Het geld is er om de doelstellingen van Waardigheid en trots nu op elke locatie van ieder verpleeghuis optimaal vorm te geven en de ruimte om het te doen is er ook. Aan de slag dus.’ De Bresser reageerde: ‘Die handschoen pakken we graag op.’
Positief kritisch
Onder de aanwezigen waren ook Hugo Borst en Carin Gaemers. Ook zij toonden zich tevreden over het nieuwe programma van Hugo de Jonge. ‘Het zet de lijn van het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg door naar het kleinste uitvoeringsniveau’, zei Gaemers. ‘Op locatieniveau verbeterplannen moeten schrijven gaat ons wegvoeren van de eenheidsworst. Daarmee komen verpleeghuizen nu niet meer weg en dat is precies de beweging die wij ook vanuit ons manifest wilden zien.’
Wel had Gaemers een paar kanttekeningen. Op het punt van het personeelsbeleid in de verpleeghuizen zei ze: ‘Het huidige arbeidsmarktprobleem in de verpleeghuizen is deels op te lossen door weer administratieve krachten aan te trekken voor de eerste schil om de zorg. Dat is overhead natuurlijk, maar wel zinvolle.’ Verder zei Gaemers dat het programma te mild is voor die verpleeghuizen die niet al de weg van het kwaliteitskader en het manifest ingeslagen zijn. ‘Pieter van Foreest is een voorbeeld van een instelling die al met de actiepunten uit het kwaliteitskader bezig was voordat wij met ons manifest kwamen’, zei ze. ‘Maar er zijn ook nog verpleeghuizen die achtergebleven zijn. Die moeten verantwoorden hoe zij het extra beschikbare geld écht aan de zorg gaan besteden. En dat had best gepaard mogen gaan met de boodschap dat als het eerste verbeterplan niet meteen helemaal raak is, meteen een adviseur van Waardigheid en trots wordt betrokken voor een bindend advies over hoe het er wél uit moet zien. Het is nu aan de raden van bestuur en raden van toezicht van die huizen die nog zijn achtergebleven om hun consequenties te trekken. Tot nu toe hebben de bewoners en in het verlengde daarvan de medewerkers aan het kortste eind getrokken. Het is nu tijd dat definitief om te draaien.’
Meer weten
- Download het programmaplan ‘Thuis in het Verpleeghuis: Waardigheid en trots op elke locatie’ op waardigheidentrots.nl/wol
- Lees ook het persbericht van Rijksoverheid over het nieuwe programmaplan
- Lees meer over het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg
- Lees de belangrijkste documenten rondom Waardigheid en trots
Geplaatst op: 11 april 2018
Laatst gewijzigd op: 16 juli 2021